Eens in zijn leven gaat een moslim naar Mekka, gaat een katholiek naar Lourdes en gaat een schaatsers langs de elf friese steden.
Eens in zijn leven gaat een moslim naar Mekka, gaat een katholiek naar Lourdes en gaat een schaatsers langs de elf friese steden. In 1956 was Kesie Kouwe de tweede Volendammer die de tocht volbracht en daar bleef het toen voorlopig bij, want Kees van de Witbol moest in 1963 na 80 kilometer afstappen. Bij de tochten in 1985, 1986 en 1997 bleek echter hoe belangrijk de aanwezigheid van een actieve en stimulerende ijsclub ook in dit opzicht was: tientallen jonge dorpsgenoten bleken er zich op voorbereid te hebben en namen er met succes aan deel.
Boven: Ruud Abma, Nico Kroon, Thamis Aris, drs Piet Koning, Nico Klouwer, G. Veerman Pen, Dick de Boer, Fred Sier Pech, Dick Bond Sportje, Klaas van’t Hoff , Cor Schilder Kalf.
Midden: Nico Bank, Wim Keizer, wethouder Nelly Tol-Veerman, Floris Speksnijder van de sportfederatie, Klaas Schilder Kalf, Marcel van ‘tHoff, S. Tol Bliek, Dick Bond Bup, Jack Sier Pech, burgemeester Westendorp, L. Lagenburg, kleinJaap Bond Bup, Klaas Koning Bromtol, J. Visser, Jan Veerman Poppenkast,grote Jaap Bond Bup, Peter van ‘tHoff, Cor Schilder Kalf .
Onder: A. van ‘tHoff, de keurslagergroep, Hans Vos, Peter Bond Sport en Klaan Tuip Dood.
Op de foto (maart 1986) staat burgemeester Wim Westendorp, Fries van geboorte en dus apetrots, tussen de vele medaillewinnaars. Ze kregen alle een elfstedenboek met een opdracht van zijn hand in het Fries:
Fryslan wie ien deijim Heitelan - Friesland was één dagje vaderland
D'Alvesteddentochtjoech de ban - De Efstedentocht vormde de band
Myn lokwinsk - Mijn gelukwensen
Er waren ook uitgelote Volendammer rijders die de tocht 'zwart' gereden hadden. De controle-armband die alleen aan ingelote rijders werd verstrekt, hadden ze daarvoor ijlings in Amsterdam laten namaken: o.a. de modeman C. Mooijer Schimmel, Jan Tuijp Kitte, Dirk Plat Duks, Klaas Tuijp Dood. Ook de latere directeur basisschool Jaap Molenaar (van Crelis van Japie van Wouter) was een van hen. Jaren later werd hij er nog uit een onverwachte hoek aan herinnerd. Toen een van de leerlingen een spreekbeurt over elfstedentochten zou houden, was deze ingefluisterd dat zijn meester zwartrijder geweest was. Verbijsterd hoorde meester Molenaar het argeloze ventje toen zeggen dat zijn meester ook zwart had gereden en dat hij dat toch wel een beetje stiekem en gemeen vond.